zondag 14 mei 2023 om 10:00 uur

Morgendienst
Voorganger(s): ds. I. Padmos uit de Kaag

Verwelkoming

Openingslied: Lied 971  (Zing een nieuw lied voor God de Here)

Stilte

Bemoediging en groet

Moment voor de kinderen
Inleiding
Lied voor de kinderen: ‘Ik moet weggaan’ (Pinksteren)            https://youtu.be/svT0yLVESnQ

Gebed om ontferming

We zingen als Gloria Lied 146a: 1  (Laat ons nu vrolijk zingen)

Gebed bij de opening van de Schrift

We lezen Deuteronomium 6: 20-25
20Wanneer uw kinderen u later vragen: ‘Wat betekenen al die bepalingen en wetten en regels die de HEER, onze God, u heeft voorgehouden?’ 21geef dan dit antwoord: ‘Wij waren in Egypte slaven van de farao, maar met sterke hand heeft de HEER ons uit Egypte bevrijd. 22Wij zagen met eigen ogen hoe hij tekenen en indrukwekkende wonderen deed, die groot onheil brachten over de Egyptenaren, de farao en zijn hof. 23Maar ons leidde hij weg uit Egypte, om ons hierheen te brengen en ons het land te geven dat hij onze voorouders onder ede had beloofd.24Daarom gebood de HEER, onze God, ons al deze wetten na te komen en ontzag voor hem te tonen. Dan zou het ons goed gaan en zou hij ons leven sparen, zoals hij tot nu toe heeft gedaan. 25Als wij voor het oog van de HEER, onze God, deze geboden altijd naleven, zoals hij ons heeft opgedragen, zal het ons ten goede worden aangerekend.’

We zingen Psalm 98: 1 en 2  (Zing een nieuw lied voor God de Here)

We lezen Johannes 14: 1-14
141Wees niet ongerust, maar vertrouw op God en op mij. 2In het huis van mijn Vader zijn veel kamers; zou ik anders gezegd hebben dat ik een plaats voor jullie gereed zal maken? 3Wanneer ik een plaats voor jullie gereedgemaakt heb, kom ik terug. Dan zal ik jullie met me meenemen, en dan zullen jullie zijn waar ik ben.4Jullie kennen de weg naar waar ik heen ga.’ 5Toen zei Tomas: ‘Wij weten niet eens waar u naartoe gaat, Heer, hoe zouden we dan de weg daarheen kunnen weten?’ 6Jezus zei: ‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand kan bij de Vader komen dan door mij. 7Als jullie mij kennen zullen jullie ook mijn Vader kennen, en vanaf nu kennen jullie hem, want jullie hebben hem zelf gezien.’8Daarop zei Filippus: ‘Laat ons de Vader zien, Heer, meer verlangen we niet.’9Jezus zei: ‘Ik ben nu al zo lang bij jullie, en nog ken je me niet, Filippus? Wie mij gezien heeft, heeft de Vader gezien. Waarom vraag je dan om de Vader te mogen zien? 10Geloof je niet dat ik in de Vader ben en dat de Vader in mij is? Ik spreek niet namens mezelf als ik tegen jullie spreek, maar de Vader die in mij blijft, doet zijn werk door mij. 11Geloof me: ik ben in de Vader en de Vader is in mij. Als je mij niet gelooft, geloof het dan om wat hij doet. 12Waarachtig, ik verzeker jullie: wie op mij vertrouwt zal hetzelfde doen als ik, en zelfs meer dan dat, ik ga immers naar de Vader. 13En wat jullie dan in mijn naam vragen, dat zal ik doen, zodat door de Zoon de grootheid van de Vader zichtbaar wordt. 14Wanneer je iets in mijn naam vraagt, zal ik het doen.

We zingen Lied 314: 1 en 2  (Here Jezus, om uw woord)

Overdenking

We zingen Lied 655  (Zing voor de Heer een nieuw gezang)

Gebeden

Mededelingen

Inzameling

We zingen tot slot Lied 425  (Vervuld van uw zegen)

Uitzending en zegen



 

terug