Is geloof een mening? Is geloof een mening?
IS GELOOF EEN MENING?
We horen vaak spreken over het onderscheid tussen feiten en meningen. Op het eerste gezicht zijn de verschillen duidelijk. Een feit is waarneembaar, rechtstreeks met de zintuigen, of door zorgvuldig onderzoek. ‘Het regent’ is een feitelijke uitspraak, waarvan iedereen de juistheid (of onjuistheid) kan vaststellen. Feiten geven de toestand van de werkelijkheid weer, en die trekt zich niets aan van wat we daarvan vinden. De uitspraak ‘Rode kool is lekker’ geeft een mening weer, en het is een kwestie van smaak of je die mening al of niet deelt. Met een feit kun je het niet oneens zijn. Met een mening wel. Soms kunnen we de mening van een ander ook onjuist vinden. Niet al onze meningen zijn even goed gefundeerd. Ik hoor wel eens de mening ‘Wiskunde is saai’. Stiekem denk ik dan dat je dat niet zou vinden als je echt kennis had gemaakt met het wonder van de zekerheid die wiskunde biedt. Maar eigenlijk is dat dan weer mijn mening.
 
Op een feitelijke mededeling, gedaan in het journaal of in een krantenartikel, kun je niet reageren door te zeggen: ‘Daar ben ik het niet mee eens.’ Die reactie past niet als het bijvoorbeeld gaat om het aantal auto’s dat betrokken is bij een ongeval. Een kenmerk van een goede krant of een nieuwsrubriek is dat het nieuws wordt gescheiden van het commentaar op het nieuws. Waar dat niet gebeurt ontstaat verwarring. Dan worden reacties opgeroepen zonder kennis van zaken, zoals we in toenemende mate zien gebeuren doordat sociale media als nieuwsvoorziening worden opgevat. Dat maakt deze media bruikbaar voor kwaadwillende leiders, die de verwarring gebruiken om propaganda te vermommen als feitelijk nieuws. We zien dan dat de grens tussen feiten en meningen wordt verdoezeld, zoals met de introductie van termen als nepnieuws en alternatieve feiten. Dat leidt tot leuzen als ‘De wetenschap is ook maar een mening’.
 
Wat is nu de status van geloofsuitspraken? Geven die feiten weer? Het lijkt me duidelijk dat dat niet zo is. De waarheid van geloofsuitspraken, bijvoorbeeld dat de natuur door God is geschapen, kan immers niet door zintuigelijke waarneming worden vastgesteld. De Bijbel zegt dat ook. Volgens een bekende tekst uit de brief aan de Hebreeën overtuigt het geloof ons juist van de waarheid van wat we niet zien (11:1). De enige God wordt ook de Onzichtbare genoemd (11:27). Het ligt voor de hand te denken dat uitspraken die geen feiten weergeven wel een mening moeten zijn. Dat zou betekenen dat het geloof een mening is, en dat geloofsvrijheid eenvoudig valt onder de vrijheid van meningsuiting.
 
Maar ik vind het niet bevredigend om geloof te zien als een kwestie van smaak, zoals mijn voorkeur voor rode kool, of voor wiskunde. Die voorkeur is geheel vrijblijvend, en daar gaat voor een ander geen enkele oproep van uit. Maar geloofsuitspraken houden altijd een visie op het leven in. Wie de natuur als schepping ziet, geeft daarmee aan dat de natuur en het leven bedoeld zijn. De visie op het leven als een geschenk van God houdt ook de opdracht in om de wereld leefbaar te houden. Als het leven een bedoeling heeft, is het ook van levensbelang om de koers naar dat doel te ontdekken, en daarnaar te leven, met hart en ziel, met hoofd en handen. Overigens gelden deze overwegingen niet alleen voor een godsdienstige overtuiging, maar voor elke levensovertuiging. De vrijheid van levensovertuiging heeft dan ook terecht een aparte positie, naast de vrijheid van meningsuiting.
Een ander wezenlijk aspect van het christelijk geloof is dat het ons uittilt boven onze strikt individuele voorkeuren en smaken. Meningsverschillen kunnen mensen uit elkaar drijven. Binnen de gemeente is verscheidenheid juist een zegen, zoals weergegeven door het beeld van de gemeente als lichaam, met de lichaamsdelen als leden (1 Kor. 12). Juist de verschillen tussen de delen zijn nodig voor de levensvatbaarheid van het lichaam. Bovendien maakt dit beeld duidelijk dat elk deel dat uitvalt schade doet aan het hele lichaam.
Het geloof is niet gebaseerd op waarneembare feiten. Maar het is ook niet zomaar een vrijblijvende mening zonder gevolg. Het is een overtuiging, die ons leven richting geeft, gestuurd door de liefde, waarbij we de hoop mogen vasthouden, ongeacht de omstandigheden.
Gerard Nienhuis
 
 
 
 
terug